Back home

Is dat Spaans? Kamperen op elkaars lip? Schreeuwende kinderen tot ’s avonds laat? Hardpratende vrouwen op de camping, rokende mannen? De volgende camping leek een pareltje in het campingboekje maar blijkt in de praktijk tegen te vallen door de luidruchtigheid. Vooral in het weekend is het een gezellige boel waar wij geen deel van uit maken. Iedereen mag zelf een plek uitkiezen op deze camping en schroomt niet om zijn tent een halve meter van een ander op te zetten. Angstvallig zetten wij onze stoelen breeduit voor de tent met twee tafeltjes erbij en het kindertentje. Graag behouden we ons uitzicht op de oceaan. Deze opzet lukt aan de voorkant maar aan de achterkant worden we compleet ingebouwd met andere tenten. Het goede nieuws is dat de tentjes na een weekend weer vertrekken. We vinden geen aansluiting omdat we slechts twee woorden Spaans spreken: ola en gracias. Ook de kinderen blinken niet uit in het leggen van contacten. Ze lezen, zwemmen en doen een ds-spelletje maar zijn niet bijster ondernemend. Opeens zijn we het zat. De bladblazers, de scooters en de quad waarmee de campingbeheerder elk uur wel een klusje heeft te doen. Ronkende motoren, gebrek aan privacy, stinkende uitlaten, het lijkt verdorie de A27 wel. Daarvoor reizen we geen 2000 kilometer van huis. Nadat achtereenvolgens Jelle, ik en daarna Justus een dag in de lappenmand hebben gelegen met lichte griep hebben we zin om weer terug te gaan naar ons eigen mooie huis, de rust in de tuin, ons eigen vertrouwde tuinhuisje met een oase van rust en groen. Het caravanbed ligt na twintig nachten ook veel te hard en dat geplas op zo’n emmer ben ik ook helemaal zat. En die auto. Steeds maar weer in die auto om bij een berg te komen. We hebben prachtige bergwandelingen gemaakt in de Picos de Europa, echt geweldig maar we waren wel misselijk toen we thuis kwamen van de haarspeldbochten. De kinderen krijgen ook last van een soort heimwee. Justus is net opgeknapt maar nog niet helemaal fit. Hij vraagt de hele dag ‘gaan we de voortent afbreken, pap?’ en vervolgens aan mij ‘gaan we morgen naar huis mam?’ Ik wil het nog een beetje openhouden maar vrees dat de vakantiepret voorbij is. Beer en ik constateerden gister bij een glaasje appelcider dat drie weken misschien een maximum is voor ons als gezin op deze manier. Met een caravan trekken, in beperkte tijd en grote afstanden afleggen met een lage snelheid is geen ideale combinatie. We sluiten onze vakantie aan de Costa Verde af met een lekker etentje buiten de deur. De laatste avond belanden we onverwachts in een rustiek dorpje met een plein vol platanen. Daar vlak voor het oude kerkje begint een concert. Het is donker en de Spaanse kinderen lopen nog gezellig rond. Overal zitten groepjes mensen met flessen cider en kleine hapjes. Wij vleien ons ertussen en wachten op de muziek. We verwachten Spaanse of Zuid-Amerikaanse klanken maar worden getrakteerd op een Beatles-medley. Het valt me op hoe aandachtig het publiek luistert. Na elk nummer wordt er geestdriftig geklapt. Tot slot spelen de muzikanten nog een aantal soundtracks van ‘The Titanic’ en ‘The sound of music’. Een aantal dagen geleden hebben we die film met Julie Andrews nog bekeken op de laptop in de caravan dus de kinderen herkennen de melodie en neuriën de wijs mee. Zo komt er een eind aan ons Spaanse avontuur. De volgende dag leggen we 950 kilometer af en overnachten in een ouderwetse chambre d’hotes in de Cognac-streek. We slapen in twee fantastische kamers met opgemaakte bedden en krijgen ’s ochtends een Frans ontbijt met verse croissants en zelfgemaakte jam en honing uit eigen tuin. Dan gaan we op huis aan. 

Geen opmerkingen:

Snijbonensnijder

Als kunstenaar bof ik met een creatief beroep. Je onderdompelen in kleur en vorm en iets scheppen uit het niets geeft veel voldoening. Toc...